Sinds gistermiddag ben ik vrolijk en optimistisch.
Ik weet niet hoe dat komt, want ik ben toch een redelijk pessimistisch iemand. Zo noemen anderen mij tenminste, ik vind dat ik meer realistisch ben (waarom gezellig gaan doen over iets, wanneer er van alles niet aan klopt?).
Allereerst denk ik dat deze vrolijke bui ontstaan is door de zon. Ik doe weer vrolijk gekleurde jurkjes aan en mijn tenen vieren feest in mijn sandalen en ik mag mijn bloemetjeszonnebril weer op. Ik deed hem eerst ook wel op, maar toen keek iedereen mij zo vreemd aan. Zonnebrillen kun je beter alleen op doen, wanneer de zon ook echt schijnt.
Ten tweede heb ik gisteren een bezoekje gebracht aan de kapper.
Dat klinkt heel suf en waarom zou je met mooi weer naar de kapper gaan?
Maar dan hebben we het nog niet over mijn kapper S. gehad.
Mijn kapper S. is de God Van Het Kapsel.
Het is jammer dat hij homo is, anders was ik nooit meer van zijn zijde geweken (sorry, R.!). Bij kapper S. voelt ieder meisje zich een prinses. Hij is zeer oplettend ('heb je iets anders met je make-up gedaan?') en hij houdt van complimentjes ('wat zie je er leuk uit vandaag!'). Hij kan je beste vriend zijn, maar ook zeer streng ('je zorgt niet goed voor je haar!'). Maar boven alles: hij kan knippen. En hoe.
Voordat ik bij kapper S. kwam, krulde mijn pony na iedere knipbeurt alle kanten op. Mijn haar lag erg plat op mijn hoofd en de laagjes zorgden voor vreemde golven in mijn haar. Dat is nu allemaal verleden tijd. Kapper S. knipt, snijdt en creeërt steunhaartjes. Iedere lok moet eerst aan mijn goedkeuring voldoen en hij besteedt gerust een uur aan het perfectioneren van mijn pony.
Oké, nu houd ik erover op. Maar het is echt fantastisch. Iedere vrouw zal mij begrijpen, wanneer ik zeg dat een goede kapper je leven positief verrijkt. Mijn nieuwe kapsel en het mooie weer, maken van mij nog een optimistisch mens. Al moet ik zo wel even huiswerk maken met dit mooie weer en hoest ik me een ongeluk. Ik moet de was echt nog even doen (ik wil morgen Dat Ene Witte Shirtje aan). En ik moet nog afwassen en koken en morgen moet ik werken.
Tja, een beetje pessimisme mag er wel in blijven.

Ik weet niet hoe dat komt, want ik ben toch een redelijk pessimistisch iemand. Zo noemen anderen mij tenminste, ik vind dat ik meer realistisch ben (waarom gezellig gaan doen over iets, wanneer er van alles niet aan klopt?).
Allereerst denk ik dat deze vrolijke bui ontstaan is door de zon. Ik doe weer vrolijk gekleurde jurkjes aan en mijn tenen vieren feest in mijn sandalen en ik mag mijn bloemetjeszonnebril weer op. Ik deed hem eerst ook wel op, maar toen keek iedereen mij zo vreemd aan. Zonnebrillen kun je beter alleen op doen, wanneer de zon ook echt schijnt.
Ten tweede heb ik gisteren een bezoekje gebracht aan de kapper.
Dat klinkt heel suf en waarom zou je met mooi weer naar de kapper gaan?
Maar dan hebben we het nog niet over mijn kapper S. gehad.
Mijn kapper S. is de God Van Het Kapsel.
Het is jammer dat hij homo is, anders was ik nooit meer van zijn zijde geweken (sorry, R.!). Bij kapper S. voelt ieder meisje zich een prinses. Hij is zeer oplettend ('heb je iets anders met je make-up gedaan?') en hij houdt van complimentjes ('wat zie je er leuk uit vandaag!'). Hij kan je beste vriend zijn, maar ook zeer streng ('je zorgt niet goed voor je haar!'). Maar boven alles: hij kan knippen. En hoe.
Voordat ik bij kapper S. kwam, krulde mijn pony na iedere knipbeurt alle kanten op. Mijn haar lag erg plat op mijn hoofd en de laagjes zorgden voor vreemde golven in mijn haar. Dat is nu allemaal verleden tijd. Kapper S. knipt, snijdt en creeërt steunhaartjes. Iedere lok moet eerst aan mijn goedkeuring voldoen en hij besteedt gerust een uur aan het perfectioneren van mijn pony.
Oké, nu houd ik erover op. Maar het is echt fantastisch. Iedere vrouw zal mij begrijpen, wanneer ik zeg dat een goede kapper je leven positief verrijkt. Mijn nieuwe kapsel en het mooie weer, maken van mij nog een optimistisch mens. Al moet ik zo wel even huiswerk maken met dit mooie weer en hoest ik me een ongeluk. Ik moet de was echt nog even doen (ik wil morgen Dat Ene Witte Shirtje aan). En ik moet nog afwassen en koken en morgen moet ik werken.
Tja, een beetje pessimisme mag er wel in blijven.